Dan denk je dat je je wijk kent, blijkt er toch nog zoveel te ontdekken… Dat bleek weer tijdens het Ommetje Oost op 1 oktober, toen we met maar liefst 150 deelnemers een stukje Nijmegen-Oost verkenden. De avond werd in stijl geopend door organisator Doro Krol en oud-wethouder Henk Beerten in het Canisius College, het voormalige Mater Deï. Hier kregen we een rondleiding door het sfeervolle oude gedeelte.
Vervolgens naar de prachtige voormalige Stephanuskerk die volop in de steigers staat. Indrukwekkend. Gastheer Pieter Spierings vertelde over zijn plannen. De ruimte wordt geschikt gemaakt voor orthopedische doeleinden (apparatuur), waarbij zoveel mogelijk cultuurhistorische elementen van de kerk behouden blijven, zoals de bijbelse voorstellingen, de glas-in-lood-ramen en de mozaïeken van Joan Collette.
Gelukkig bracht René Pennock verderop de stemming er weer goed in met een waanzinnig verhaal over het oude DAFje van zijn schoonvader.
En wat is een Ommetje zonder cultuur? Bij Pluryn droeg Marc Eyck enkele van zijn gedichten voor, muzikaal begeleid door Ton Roelofs. En in de lichte hal van basisschool de Klokkenberg werden we zelfs getrakteerd op een heus concert door vier gitaristen.
Ook de natuur kwam aan bod. Bovenaan de Beekmansdalseweg vertelde Jeroen van Zuylen het legendarische verhaal van de Boom van Lücker, de eeuwenoude kastanje die ooit ternauwernood van de kap werd gered door een Jonkheer en een kunstenaar.
Verder bezochten we het voormalig schippersinternaat De Sterreschans. Dat biedt tegenwoordig woonruimte aan zo’n veertig (bemiddelde) ouderen. Het interieur is prachtig authentiek-klassiek, met een fraaie fontein in de achtertuin. We mochten er met z’n allen naar binnen, wel een beetje aanschuiven. Hier zongen we onder leiding van Henk Rullmann enkele liederen.
Vervolgens betraden we in het avondlijk duister het Kops Plateau, op de rand van de stuwwal. Een bevlogen André vertelde over de fantastische volkstuintjes waarvoor al jaren een wachtlijst is, maar niemand gaat er weg! En we luisterden ademloos naar Kor Goutbeek die alles wist over vleermuizen, dassen en de eeuwenoude knotlindes op ‘de Kopse Hof’. Jammer dat de bosuil zich niet liet horen. Bij opgravingen zijn hier tienduizenden Romeinse voorwerpen naar boven gekomen. Een heel eigenzinnige kijk op de Romeinen werd verwoord door Anton de Wildt bij de (ijzeren!) Romeinse nep-zuil in de Eikstraat.
Tot slot zorgde actieorkest Kladderadatsch voor een vrolijk muzikaal feestje op het Esdoornplein. De jongeren op de hangplek ernaast vonden het maar niks geloof ik.
Toen was het tijd voor een gezellig afzakkertje in Café De Kroon.