Deze week is - als het goed is en je hebt geen of een Nee/Ja-sticker - de Wijkkrant weer bij je bezorgd. Als dat niet zo is, wil je dat dan melden aan onze verspreider via dit formulier. En via deze link vind je alle plekken waar ie gratis is af te halen (op=op!).
Zoals gebruikelijk sluit eindredacteur Loes Wijffels de krant af met haar column:
Stadse fratsen
Komt er nou gewoon meer nieuws binnen of is de wereld echt zo hectisch geworden? De meningen en stakingsacties vliegen je om de oren, de wetenschap komt telkens weer met andere conclusies en de hufterigheid neemt een steeds grotere vlucht.
Regelmatig bezoek ik voor reportages en interviews de kleinere dorpen in onze regio en daarbuiten. Ik ontmoet er aardige mensen en mag soms even bij ze binnen kijken. Dan krijg ik een kopje thee en nemen we alle tijd voor een leuk gesprek. Niks hectiek van het bestaan. De kinderen zeggen nog ‘u’ tegen mij. En tegen hun ouders.
Op het platteland wordt gewoon de houtkachel gestookt en dagelijks de auto gebruikt: hoe kom je anders van A naar B? Poezen mogen er naar buiten. Natuurlijk, daar leven ze, net als de (waak)honden, konijnen, kippen, geiten en pony’s. De kinderen groeien ermee op. Hoofddoekjes zijn ver te zoeken in de dorpen en als je een gekleurde familie ziet lopen weet je dat er een asielzoekerscentrum in de buurt is. De mensen groeten je vriendelijk, maar ze denken dat mijn achternaam die van mijn man is.
En zwarte Piet is nog gewoon zwart. Met roetvegen zien de kleintjes meteen dat het hun buurmeisje is. Bovendien zijn tradities er om in ere te houden. Er verandert al genoeg in de wereld.
Al ben ik het lang niet overal mee eens, de rust van het leven in de kleine dorpen trekt me wel. Ik kies de kleine weggetjes over de dijken, door de bossen en langs de weilanden. En ik geniet. Hoe zij tegen mij aankijken weet ik niet. Waarschijnlijk ben ik in hun ogen een stadse met dito fratsen.