Door redacteur Karin Veldkamp, foto’s Bert Hendrix
Als Jeen van Beek de deur opent, reizen we even terug in de tijd. Zijn knusse huisje is ingericht in de stijl van de vijftiger jaren en in zijn tuin krijg je bijna het gevoel in de tropen te zijn vanwege de enorme bamboes en tropische vogels. Maar daar kwamen wij niet voor. Want naast liefhebber van bakelieten telefoons en granieten vloeren is Jeen een ‘Spetter’; een van de pakweg zestig leden van zwemclub Spetters.
Tegen zijn veertigste vond Jeen het tijd worden om wat meer aan zijn conditie te doen en zo kwam hij terecht bij Spetters; gericht op mensen uit de regenbooggemeenschap, maar heterovriendelijk. “We hebben een eigen karakter; wij gaan ervanuit dat iedereen moet kunnen zijn wie die is. Een transgender zei een keer: ‘Ik kan zelf kiezen welke kleedkamer ik gebruik en daar voel ik me prettig bij’. Onze zwemclub wil een plek zijn waar het leuk en ontspannen is voor iedereen. En het sociale aspect is belangrijk. Het is niet de bedoeling dat je alleen voor het water komt, we willen verbinden. Op woensdagavond drinken we altijd even koffie na het zwemmen en op zondagmiddag gaan we naar café Jos. In de zomer is er een barbecue en in januari een Nieuwjaarsborrel.
“Ik haakte na een kwartier al af”
Jeen groeide niet op als een zwemmer. Zijn eerste ervaringen met het water vond hij helemaal niet plezant. “Op mijn zesde werd ik om 07.00 uur ’s morgen in het koude buitenbad gemieterd. Een haak om mijn nek en zwemmen maar. Ik krijste het uit, maar mijn vader duwde me gewoon het water in. Ik ging altijd met doodsangst zwemmen”, herinnert Jeen zich nog precies. Hij haalde met moeite zijn zwemdiploma en zwom bijna nooit meer daarna. Totdat hij zijn veertigste naderde: “Dan gaat alles hangen behalve je tandvlees”, spot hij met zichzelf. Jeen pakte het grondig aan en trainde tien uur per week. Binnen een jaar zwom hij in de hoogste baan en in 2002 ging hij mee naar de Gay Games in Sydney”. Ik ging niet naar Sydney om te winnen. Daar komt de top van de wereld, dus ik maakte mij geen illusies. Ik wilde het gewoon een keer meemaken. En het was een ervaring! Ik zwom de vlinderslag en werd 24ste. Na afloop hebben we rondgereisd in Australië met een aantal mensen. Toen ik daar een keer een zwembad indook, kwam ik zeventig-plussers tegen die in hun jonge jaren hadden meegedaan aan de Olympische Spelen. Ik vroeg of ik mee mocht zwemmen. Ze keken me wel een beetje gek aan maar het was goed. Ik haakte na een kwartier al af, niet bij te houden”, lacht Jeen. Na Sydney deed hij nog mee aan de Eurogames in Kopenhagen en München. En daar liepen ze Erica Terpstra tegen het lijf. “Bij de opening van het huidige zwembad herkende ze ons en kwam een praatje maken.”
Tegenwoordig houdt Jeen zijn conditie nog op peil door een of twee keer per week te zwemmen. Van stoppen is geen sprake, want de zwemclub is te gezellig.
Hou je van gezelligheid en wil je aan je conditie werken of gewoon lekker zwemmen, neem dan eens een kijkje op de website www.gsnspetters.nl. Spetters huurt het Erica Terpstrabad twee keer per week een uurtje voor iedereen; jong en oud, recreatieve en wedstrijdzwemmers, die onder begeleiding van vrijwillige trainers technieken leren en aan de conditie werken.