In de Wijkkrant voor Nijmegen-Oost publiceert redacteur Kor Goutbeek elke maand een oorlogsdocument over Nijmegen als frontstad: Op weg naar 5 mei’.
Oktober 1944: Schuilkelders in de granatentijd.
Nijmegen-Oost kreeg het meest te verduren na de bevrijding. Van september 1944 tot en met maart 1945 werd ons stadsdeel geregeld bestookt met granaten vanuit de Ooijpolder en het Reichswald, die nog in handen van de Nazi’s waren. Daardoor werden 800 Nijmegenaren gedood. Toen Vermeerstraat nummer 4 in oktober 1944 door een granaat werd getroffen, raakte gelukkig niemand gewond. Want aan de overkant van deze huizen lag - en ligt - Bonaventura, het studiehuis van de minderbroeders-Franciscanen. In hun kapel sloeg ook een granaat in. Meer dan honderd buurtbewoners schuilden in de kelder. Veel Oosterlingen zochten in die tijd een veilig heenkomen in deze schuilkelders of die op het Limos-terrein of onder het Canisiuscollege. Op de foto is de bouw van een openbare schuilkelder in Nijmegen-Oost te zien. Deze foto is gemaakt langs de tegenwoordige Prins Bernardstraat om precies te zijn, je ziet links begraafplaats Stenenkruis en rechtdoor het Julianapark. Tijdens de oorlog heette deze straat overigens Van Schevichavenstraat, omdat alle verwijzingen naar het Oranjehuis uit het straatbeeld werden verbannen. In totaal zouden 1200 meter van dit type schuilkelders worden aangelegd in Nijmegen. Kelders boden niet altijd voldoende veiligheid: bij een inslag in de Vondelstraat kwamen dertien mensen om in een wijnkelder.
In de Wijkkrant van september was de eerste publicatie van deze ‘oorlogskrant’:
19 september 1944, Daalsedwarsweg, ter hoogte van begraafplaats Daalseweg.
De muurtjes zijn daar nu nog. Amerikaanse parachutisten en Britse pantserwagens - let op de karakteristieke platte helm van de Brit - lopen hier vast op zwaar Duits vuur vanaf het Mariaplein. De inname van de brug was gepland voor de eerste avond, maar zal vier dagen van bloedige strijd kosten, waardoor Arnhem niet op tijd bereikt kon worden.