Enkele weken geleden heb ik, als bosbeheerder, een excursie gegeven in het bosgebied van de Westermeerwijk aan de rand van Nijmegen-Oost. Er was een enthousiaste groep bewoners uit de omgeving van de Johannaweg in Oost aanwezig voor de excursie. We hadden een uur gepland, na 2,5 waren we weer terug bij het startpunt.
Vragen
Er valt altijd veel te vragen en te vertellen over de bossen, de natuur en cultuur van het gebied. Waarom blijft er zo veel hout en takken liggen in de bossen, wat zijn de bedreigingen en wat is de toekomstvisie voor de bossen, hoe zijn de leemkuilen ontstaan, waar dienden de boswallen voor, waarom heeft de gemeente Nijmegen bijna 100 hectare eigendom in de gemeente Berg en Dal, wat zijn de verborgen natuur- en cultuurschatten…
Aankoop door Nijmegen
Omstreeks 1950 kocht de gemeente Nijmegen de Westermeerwijk en aanliggende bosgebieden met het doel ruimte en recreatiemogelijkheden te bieden voor de burgers van Nijmegen, met een geschat bezoekersaantal van 75 tot 100 duizend is dit een goede beslissing geweest.
Het beheer is de laatste eeuwen door diverse bevlogen bosbeheerders en onderhevig aan economische noodzaak en modegrillen regelmatig bijgesteld. De huidige bossen zijn ontstaan na de ontginningen van de woeste gronden begin 16e eeuw. Eeuwenlang was het gebruikelijk om de bospercelen te beheren als een monocultuur van dennen, sparren, en eiken. In de jaren ’50 en ’60 kwam men tot de conclusie dat gemengde bosvakken beter zijn voor de natuur, minder gevoelig voor bosbranden en aangenamer voor de bezoeker. Ook bleef vanaf deze periode meer doodhout achter in het bos. Dankzij deze inzichten komen er nu, na een lange herstelperiode, weer bijzondere soorten voor. Denk daarbij aan het vliegend hert (hertkever), de vermiljoen kever, de raaf, havik en nog veel meer.
Gebruik, zorgen en kansen
De recreatiedruk op deze bossen is groot. Met doelgroepen zoals wandelaars, fietsers, mountainbikers, ruiters, mindervaliden met speciale voertuigen, en sporters is het een uitdaging om het geheel te stroomlijnen. Elke doelgroep heeft graag zijn eigen koninkrijkje, deze worden soms bevochten, maar meestal gaat het goed samen. Bossen geven rust aan de mens.
Zorgen zijn er ook, we zien dat er boomsoorten afsterven, de fijnsparren zijn bijna alle verdroogd, de oude beuken hebben het zwaar. We willen graag de natuur wat meer ruimte geven, hiervoor zullen we de komende jaren wat olifant-paadjes gaan afsluiten. We onderhouden ook sommige paden niet, deze worden dan blubberig en daardoor lopen er minder wandelaars. De bomen op de rand van de kleine leemkuil worden al decennia beïnvloed door de erosie van de helling. Door grote bezoekersaantallen, maar ook het ondergraven van het wortelstelsel door kinderen en honden ontstaat er nu een gevaarlijke situatie. We gaan dit gebied daarom voorlopig afzetten en de holten onder de bomen dichtzetten met gaas. We monitoren dit de komende maanden. Afhankelijk van de resultaten beslissen we in het najaar hoe we de gevaarlijke situatie blijvend kunnen oplossen.
Ontstaan van het huidige landschap
Het huidige landschap is ontstaan vanaf 10.000 jaar voor onze jaartelling. De diverse leemkuilen zijn overblijfselen die vanaf de middeleeuwen zijn ontstaan. Vanaf ongeveer 1650 werd het woeste land verkocht door de domeinen en werden er bossen en cultuurlanden aangelegd. De grote kuil was vanaf de jaren 60 een zandafgraving waar o.a. Dukenburg op is gebouwd. De boswallen zijn overblijfselen uit de middeleeuwen. De boswallen dienden als grenswal of wildkering, vaak beplant met eiken- of beukenhakhout. In het zuidelijke deel staan oude tamme kastanjes, deze komen in de hele omgeving van Berg en Dal veel voor, de Romeinen brachten ze hier. Deze bomen werden geteeld voor de kastanjes die waarschijnlijk als veevoer werd gebruikt.
Natuur en cultuur
Er zijn veel verborgen natuur- en cultuurschatten. De al eerdergenoemde bijzondere kevers en vogels, maar ook de reeën zie je in de vroege ochtend. In de omgeving is een grote diversiteit aan oude en jonge bomen en struiken in meer dan 30 verschillende soorten. De zichtbare en verborgen cultuur vind je in het romeins aquaduct, de leemkuilen, wild- en grenswallen, oude lanen, het oude theehuis (de Koepel) met zijn parkaanleg. In het huidige beheer zie je het doordat wij een mix zoeken tussen recreëren en ruimte bieden voor de natuurlijke ontwikkeling.
Het was een mooie morgen, altijd fijn om de natuur te delen met betrokken omwonenden.
Klaas Bomert, Bosbeheerder.