Achter het Canisius College ligt een klein, maar mooi stukje natuur. Op een steenworp afstand van het centrum en op nog geen 50 meter van de drukke Berg en Dalseweg ligt het Patersbosje, een oase van rust.
Tekst: René Pennock, foto's: Kees Jongmans
Er zijn sinds de lockdowns meer mensen met een hond, de kinderen moeten af en toe uitgelaten worden en er is meer behoefte aan beweging, rust of 'er even uit zijn'. Steeds meer wandelaars ontdekken het bijzondere bosje. Het is voor iedereen vrij toegankelijk.
Gele hondstand
Sinds zijn pensionering is Kees Jongmans de Patersboswachter. Hij onderhoudt het bosje en krijgt af en toe materialen en beplanting van de gemeente, die eigenlijk eigenaar is. Zo kreeg Kees vorig jaar maar liefst 1000 bloembollen die hij met kinderen uit de wijk heeft geplant.
In deze tijd van het jaar ontspruit de natuur er voluit. De bollen bloeien, de daslook staat er fier bij en de bomen lopen uit, maar Kees ziet vooral wat er niet meer is: "De bloemen worden met bol en al uit de grond gerukt, hele hazelaars zijn verdwenen en er is een complete taxus van anderhalve meter met kluit en al gestolen. Natuurlijk mag iedereen wel eens een paar blaadjes van de daslook meenemen voor door het eten, maar hele planten roven is toch echt niet de bedoeling." Dieptepunt was toch wel de diefstal van de gele hondstand, een leliesoort met meer dan 30 variaties, waarvan er maar één in Europa voorkomt. "Wandelaars maakten foto's van het bijzondere plantje en nu is ie met knol en al uitgegraven. Een buurtbewoonster plaatste een in memoriamtekst met een foto van het plantje op de plek waar hij gestaan heeft", vertelt Kees somber.
Wedstrijd
Vormgever en buurtbewoner Jac. Splinter bedacht een actieplan: "Ik wil bordjes maken voor bij de ingangen om bezoekers van ons Patersbosje erop te wijzen, dat ze de bloemen, bomen en planten met rust moeten laten, zodat iedereen ervan kan genieten. Ik maak er een wedstrijd van. De leukste of beste leus komt op de bordjes te staan. De maakster van de in memoriamtekst mag ze komen onthullen als ze zich bij mij of bij Kees bekend maakt." Inzendingen kunnen tot 1 juli gepost worden op de Museum Kamstraat 52.